AANBIDDING IN NEDERLAND
brengt gedetailleerd in kaart waar en wanneer gelovigen in Nederland hun Heer
kunnen aanbidden in het sacrament van zijn liefde. Door de gegevens van dit
moment te vergelijken met die van een onderzoek uit 1984 treedt aan het licht
dat er in de laatste twintig jaar een verdriedubbeling heeft plaatsgevonden
van het aantal plaatsen van eucharistische aanbidding.
Deze getallen hebben ook een binnenkant. Er is niet alleen sprake van herstel van een oude devotie. Eucharistische aanbidding wordt meer en meer gehanteerd als middel voor kerkopbouw, om het kerkgebouw een levend hart te geven, om de gemeenschap van gelovigen terug te brengen naar het middelpunt van hun kerk-zijn en om gelovigen persoonlijk terug te leiden naar het middelpunt van hun wezen, waarin Christus zijn intrek neemt door het geloof (Ef 3, 17). De crisis in onze Nederlandse kerkprovincie is in de zestiger jaren samengegaan met het verdwijnen van de eucharistische aanbidding uit de parochiekerken en de daarmee gepaard gaande verflauwing van het geloof in de persoonlijke tegenwoordigheid van Christus in het heilig Sacrament. Met de Joden in de woestijn bij Massa en Meriba vroegen de Nederlandse katholieken zich af: "Is de Heer wel echt bij ons?" (Ex 17,7) Paus Paulus VI schreef in 1965 een encycliek 'Geheim van het geloof' (Mysterium fidei). Aanleiding waren verwarrende ideeën over de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de eucharistie. Deze ideeën hadden in de, van verwarring kolkende, katholieke geloofsgemeenschap volop ingang gevonden, zozeer zelfs, dat het praatje ging dat deze encycliek alleen omwille van de Nederlandse katholieken geschreven zou zijn. Met de terugkeer van de eucharistische aanbidding en het zich daardoor verdiepende geloof in Christus' persoonlijke aanwezigheid in de eucharistie zal de kerk herrijzen. Want de kerk vernieuwt zich niet allereerst door sociale actie, herstructurering of beleidsverbetering, als wel door een vernieuwde Christuservaring en Godservaring. Ik zie deze publicatie dan ook als een uitnemende bijdrage tot de vernieuwing van de kerk in Nederland. Van ganser harte bid ik Gods zegen af over priorij Nazaret in Tegelen waarbij ik mijn gelukwensen uitspreek met het zilveren jubileum van de Gemeenschap voor Aanbidding, die rond deze priorij is opgebouwd, en van het daaruit voortkomende tijdschrift Eucharistie en Geestelijk Leven. Nog vele jaren met de Heer in uw midden! Utrecht, 18 maart 2003
Adrianus Kardinaal
Simonis |